Oost-Indische kers staat bekend als een natuurlijk antibioticum vol vitamine C en mineralen. Het verhoogt de algemene weerstand en heeft een gunstig effect op bronchitis, luchtweg- en urineweginfecties.
Eten van Oost-Indische kers bevordert bovendien de eetlust en verbetert de spijsvertering.
Bij uitwendig gebruik is de plant antiseptisch en kan hij worden ingezet als middel tegen jeuk, uitslag of schimmelinfecties van de huid.
Je kan er ook haarwater mee maken tegen haaruitval.
In de keuken:
Zowel de bladeren, bloemen, bloemknoppen als de zaden van de Oost-Indische kers zijn eetbaar.
- De bladeren smaken fris, licht prikkelend en peperachtig, zoals waterkers. Je kan ze versnipperen in een salade of een pittige omelet mee maken. Enkel vers komt hun smaak tot recht.
- De bloemen en bloemknoppen zijn pittig en lijken qua smaak een beetje op radijzen. Je kan er salades of drankjes mee garneren. Net voor gebruik moet je de bloemen grondig maar voorzichtig spoelen.
- De onrijpe zaden zijn kruidig en scherp van smaak. Je kan ze klaarmaken zoals kappertjes: laat ze hiervoor een 4-tal weken trekken in pekel, een kruiden- of appelazijn.
Mensen met een verminderde schildklierfunctie en mensen met die allergisch reageren op tuin- of waterkers eten de plant best niet.